Het recht kent zogenaamde verbintenissen. Dat zijn verbindingen tussen mensen, bedrijven, overheden die we – al dan niet vrijwillig – aangaan. Een verbinding kan bijvoorbeeld een overeenkomst zijn of een afspraak. We kennen verbintenissen die afdwingbaar zijn – zoals de overeenkomst -, maar ook verbintenissen die dat niet zijn, zoals de natuurlijke verbintenis (kinderen A en B spreken af dat ze om 17 uur gaan voetballen).
Een bijzondere verbintenis is de onrechtmatige daad. De woorden geven al aan dat dit niet een hele fijne verbintenis is. Dit is een verbintenis die vanzelf ontstaat als iemand – zonder overeenkomst – iets fout doet; bijvoorbeeld persoon A rijdt persoon B aan. Een ander voorbeeld kan zijn dat een café onvoldoende zorgmaatregelen heeft genomen rondom een gat in de vloer en iemand valt erin. Het café heeft dan onrechtmatig gehandeld.
Pas als vaststaat dat er een onrechtmatige daad is geweest, is de dader gehouden schade te vergoeden. Dit gaat dus niet over eventuele straffen die mogelijk erbij komen kijken die worden opgelegd door het Openbaar Ministerie of de rechter.
Er zijn vijf vereisten om te stellen dat er een onrechtmatige daad is gepleegd (artikel 162 van het zes burgerlijke wetboek):
- er moet een onrechtmatige handeling zijn geweest;
- die moet toerekenbaar zijn aan de ‘dader’;
- er moet sprake zijn van schade;
- er moet een causaal verband zijn tussen de handeling en schade; en
- er moet voldaan zijn aan het relativiteitsvereiste.
Wanneer u iemand aansprakelijk stelt, dan stuurt u een brief met het verzoek om schade als gevolg van de onrechtmatige daad. De ander kan de aansprakelijkheid erkennen of afwijzen. Het kan soms ingewikkeld zijn om een persoon, een bedrijf of een overheidsinstantie aansprakelijk te stellen voor geleden schade.
Heeft u hulp nodig vanwege een ongeval, of heeft u op een andere wijze schade geleden? Of moet u verweer voeren tegen een aansprakelijkstelling? Wij helpen u – indien mogelijk – graag verder.
Geef een reactie